Technische informatie

Wie voor het eerst met een nieuwe of gebruikte camper gaat reizen, loopt mogelijk tegen een aantal technische vragen op die niet zomaar te beantwoorden zijn. Zeker bij een gebruikte amper, ontbreekt de originele documentatie en het internet biedt veel informatie, maar dat kost wel wat zoekwerk en dus vakantie tijd. Wij dachten aanvankelijk dat dit wel mee zou vallen, omdat wij immers wel veel ervaring met onze caravans hadden. Toch zijn er tal van specifieke technische weetjes die het reizen met een camper veraangenamen. Op deze pagina sommen wij ze voor jullie op. Net als bij de algemene informatie, is deze pagina niet compleet en uitputtend. Wij vullen de informatie aan hand van de technische uitdagingen die wij tegenkomen aan. 

Bandenspanning 

Wij wisten het ook niet, maar bandenspanning is nogal een issue bij campers. De meningen zijn zo verdeeld dat het lastig is om te bepalen wie nu gelijk heeft. Na wat leeswerk komen wij tot de (voor de hand liggende) conclusie dat de maximale spanning die de band aan kan, niet overschreden mag worden. Deze informatie vind je op de band zelf en wordt uitgedrukt in de eenheid PSI. De meeste tankstations hebben een pompinstallatie waarmee je de banden op spanning kunt brengen. Deze drukt de spanning uit in BAR en in PSI. Even opletten dus. Wij komen tot de conclusie dat het niet zo is dat er één vaste stelregel is die je kunt hanteren. De spanning hangt af van het type band, het gewicht van je camper en in zekere zin ook van het weer. Warmte en kou beïnvloeden de spanning. Zoek dus voor vertrek uit hoe hoog je spanning moet zijn om optimaal te kunnen reizen. Te harde of te zachte banden kunnen gevaarlijk zijn (een klapband ligt op de loer) , maar dragen ook niet bij aan rijcomfort. Op de website van de NKC, vind je meer informatie over banden en bandenspanning. 
https://www.nkc.nl/advies/de-camper/banden/dit-moet-je-weten-over-de-band/

De gasinstallatie

De meeste campers maken gebruik van gas om te koken, verwarmen en zelfs om te koelen (de koelkast heeft vaak de mogelijkheid om op gas te werken, waardoor je ook zonder elektriciteit toch een koel drankje kunt nuttigen). De gasinstallatie werkt doorgaans op propaangas dat verkrijgbaar is in verschillende typen flessen. Sommige campers hebben een LPG-installatie die sterk lijkt op de installatie in een personenauto die op gas rijdt. Deze LPG installatie werkt op een mengsel van propaan- en butaan gas. Een installatie voor butaan gas alleen kom je niet vaak tegen, omdat deze gassoort niet geschikt is voor gebruik bij temperaturen die op of onder het vriespunt liggen. Winter-kamperen met een dergelijke installatie is dus niet mogelijk. 

Als je gasflessen mee op weg neemt, staan die in de camper doorgaans in een van de buitenkant goed te bereiken gasluik. Dit luik heeft een ventilatierooster aan de onderkant. Dit is ook nodig. Propaan is ruim anderhalf keer zwaarder dan lucht en zakt dus als het vrijkomt naar beneden. Als je geen ventilatierooster zou hebben, hoopt gas zich mogelijk op met alle potentieel gevaarlijke gevolgen van dien. 

Als je in je camper een vaste LPG tank hebt, heeft dat als voordeel dat je bij een lege tank in de meeste Europese landen snel bij kunt tanken. Het krijgen van passende gasflessen kan nogal eens een probleem vormen. Helaas is het in Nederland zo dat je officieel geen LPG mag tanken voor huishoudelijk gebruik. Wij hebben verder geen ervaring hiermee en weten dus niet of dit in de praktijk ook echt een probleem is. 

In het buitenland kan het nogal eens lastig zijn om gasflessen te laten vullen of om te ruilen. De aansluitingen van buitenlandse flessen wijken nogal eens af van de Nederlandse maatvoering. Bij het aanschaffen van gasflessen is het dan ook nodig om goed na te gaan of ze in de landen van bestemming ook te krijgen/ vullen zijn. Ook het gewicht van de gasflessen speelt een rol. De metalen flessen zijn doorgaans vrij zwaar en als je al niet veel laadgewicht over hebt, kan het lonen om voor  de lichtere (maar ook duurdere) kunststof fles te kiezen.  de pagina van de NKC staat een prima opsomming van de verschillende soorten flessen. https://www.nkc.nl/advies/de-camper/gas/soorten-gasflessen-in-de-camper/ 

 

Tenslotte nog een opmerking over de gasinstallatie in het algemeen. Vanaf de gasfles gaat het gas via een drukregelaar en een gasslang de camper in. Wettelijk is niet geregeld is om de hoeveel jaar de drukregelaar en de gasslang vervangen moeten worden. De fabrikant zelf geeft aan wat de vervangingstermijnen zijn. De verzekering kan hier echter heel anders naar kijken. Zo verwijst bijvoorbeeld Camperverzekerd naar de richtlijn van de BOVAG en de ANWB die aangeven de (oranje, propaan) gasslang om de 4 jaar te laten vervangen. Bij een butaan gasslang (zwart) wordt en termijn van twee jaar geadviseerd. Bij het vervangen van de drukregelaar wordt de termijn die de fabrikant aangeeft aangehouden. Hier loont het echter om in ieder geval iedere twee jaar te controleren of drukregelaar en slang nog goed zijn. 

Mocht er schade ontstaan door een niet deugdelijke gasinstallatie, dan zou het zo kunnen zijn dat de verzekeraar niet betaalt. Camperverzekerd, maar ook verzekeraars als Aveco en Univé hebben hiervoor clausules opgenomen in hun verzekeringsvoorwaarden. 

De waterinstallatie

In de caravans waarmee wij de laatste jaren rondgereisd hebben, werd het water vanuit een schoonwatertank middels een dompelpomp naar de verschillende tappunten gebracht. Een dompelpomp is een vrij eenvoudige apparaat dat letterlijk in de watertank hangt en het water omhoog pompt ook het moment dat een kraan open gezet wordt. De kosten voor zo'n pomp zijn relatief laag. voor c.a. €35,-- kun je een defecte pomp relatief eenvoudig zelf vervangen. In onze huidige camper zit een dompelpomp, maar we hebben ook al campers gehad met een drukpomp. Deze wordt buiten de watertank gemonteerd en houdt de waterleidingen voortdurend op druk. Als je de waterinstallatie gebruikt, door de kraan bijvoorbeeld open te zetten, springt de pomp meteen aan en herstelt de druk weer. Dit hoor je doordat de pomp een pulserend geluid maakt. 

Bij de aanschaf van een camper wordt je waarschijnlijk geconfronteerd met een van beide pompen. Mocht je later zelf een pomp willen vervangen en je moet een keuze voor een van beide varianten maken,. Het jan echter zo zijn dat de waterinstallatie niet geschikt is voor een drukpomp. Deze levert meer druk dan en dompelpomp en het leidingwerk moet dat aankunnen, hier beneden sommen we de  voor- en nadelen van beide varianten op:

Dompelpomp

Voordelen nadelen
Voordelig in de aanschaf (vanaf €35,--) De maximale druk ligt lager bij een dompelpomp (van 0,5 tot 2,1 bar). Drukpomp van 0,5 tot 3,1 bar.
Maakt relatief weinig geluid Altijd verwijderen bij het schoonmaken van je tank
Alleen aan te sluiten op kranen met een 12V aansluiting

Drukpomp

Voordelen nadelen
Aan te sluiten op elka kraan Maakt een licht brommend geluid bij het aanslaan.
Een aantal drukpompen leveren meer druk (tot max. 3.1 bar) dan een dompelpomp (tot max. 2.1 bar) Duurder in aanschaf (vanaf €80,--)
Tank eenvoudig schoonmaken zonder pomp eruit te hoeven halen
Minimaal stroomgebruik & lange levensduur

Elektriciteit

Voor de meeste camperaars is de stroomvoorziening van groot belang. Je kunt er natuurlijk voor kiezen om heel basic te reizen met kaarsjes en dikke dekens, maar reizen met een camper maakt vaak net wat meer luxe mogelijk dan reizen  met een tentje. Als we het hebben over elektriciteit in de camper dan hebben we het in de basis over de huishoudaccu, eventuele zonnepanelen en walstroom. Deze drie varianten zijn onderling ook weer met elkaar verbonden. Hier beneden sommen we de kenmerken kort op:

Hoe komt elektriciteit in de camper?

Een camper maakt standaard gebruik van meerdere stroombronnen:

  • 230V netstroom (walstroom): Dit is de stroom die je krijgt wanneer je de camper aansluit op een stroompaal op een camping of bij een servicepunt. Het werkt net als thuis en voedt apparaten zoals een magnetron, koffiezetapparaat of airco. 

  • 12V stroom uit de huishoudaccu: Deze accu voorziet de camper van stroom als je niet bent aangesloten op het net. Denk aan verlichting, waterpomp, ventilatoren en de koelkast (in 12V-modus tijdens het rijden).

  • Startaccu: Deze is bedoeld voor het starten van de motor en is gescheiden van de huishoudaccu om te voorkomen dat je met een lege accu komt te staan.

  • Stroom van zonnepanelen: Zonnepanelen worden steeds populairder op campers. Ze laden de huishoudaccu op met zonne-energie, wat ideaal is voor wie graag off-grid staat (zonder walstroom). De opgewekte stroom is 12V en wordt via een laadregelaar naar de huishoudaccu geleid. Alle apparaten die op 12 volt draaien, werken dus als de zonnepanelen de huishoudaccu voeden. Apparaten die 230v nodig hebben, werken dan niet. 

Welke apparaten werken op welke stroombron?

De ontwikkeling van campers staat niet stil. Moderne campers kennen vaak een uitgebreide uitrusting die (deels) elektriciteit nodig heeft. In het overzicht hier beneden sommen we een aantal gangbare stroomverbruikers op en geven we de bron aan waarop ze kunnen werken.

Apparaat Stroombron Opmerkingen
Binnenverlichting 12V huishoudaccu Werkt ook zonder walstroom
Koelkast 12V / 230V / gas Automatisch schakelen mogelijk
Waterpomp 12V huishoudaccu Voor douche en kraan
Stopcontacten 230V walstroom Alleen bruikbaar bij netaansluiting of omvormer
Telefoon/laptop opladen 12V/230V Via USB of omvormer
Airco of magnetron 230V walstroom Vereist veel vermogen

Zeker bij apparaten die niet specifiek voor camper of caravan geschikt gemaakt zijn, loont het om te kijken of je ze kunt gebruiken. Zo zijn apparaten die een hoog wattage gebruiken (denk aan airco's, waterkokers etc.) alleen te gebruiken op walstroom of met een krachtige omvormer (daarover later meer). Daarnaast kan het voorkomen dat apparaten meer ampère gebruiken dan de stroompaal op de camperplaats of camping levert. Dit kan erin resulteren dat de zekering op de stroompaal doorslaat. Ook de zekering in de camper kan doorslaan. Wil je een inschatting maken over het gebruik van apparaten, dan helpt dit lijstje wellicht:

  • 6 ampère op de stroompaal, betekent dat je 1380 watt aan vermogen tegelijk kunt gebruiken. 
  • 10 ampère levert 2300 watt
  • 16 ampère levert 3680 watt

Kijk dus goed hoeveel vermogen de stroompaal heeft en bepaal dan of je apparaten gebruikt of niet. 

Gebruiken van een omvormer

Een omvormer in een camper is een apparaat dat 12V gelijkstroom (DC) uit je huishoudaccu omzet naar 230V wisselstroom (AC) — dezelfde stroom als thuis uit het stopcontact komt. Hierdoor kun je gewone huishoudelijke apparaten gebruiken, ook als je niet op walstroom bent aangesloten. Bij de aanschaf van een omvormer moet je je realiseren dat een zware omvormer veel van de accucapaciteit gebruikt waardoor deze sneller leeg zal zijn. Daarnaast vraagt een zware omvormer (bijvoorbeeld 1000 watt) om een goede accu en dikke bekabeling. Vraag je dus af hoeveel vermogen je nodig hebt. Als je off grid staat is het handig om bijvoorbeeld telefoons en laptops op te kunnen laden. Hiervoor is echter geen zware omvormer nodig (300 watt is dan al voldoende). Wil je bijvoorbeeld een koffiezet apparaat gebruiken, dan heb je al tussen de 1000 en 1500 watt nodig. Dat vraagt om een zware en vaak kostbare omvormer. Alternatief is een apparaat dat omgebouwd is voor de camping. Die zijn doorgaans wat langzamer, maar werken ook prima. er zijn eigenlijk twee soorten omvormers:

  • Zuivere sinus: geschikt voor gevoelige elektronica (laptop, tv, medische apparatuur)
  • Gemodificeerde sinus: goedkoper, maar kan storingen geven of apparaten beschadigen